Groenwangamazonepapegaai

Wetenschappelijk: Amazona viridigenalis 

Engels: Green-cheecked amazon parrot

De Groenwangamazone is een middelgrote amazonesoort (33 cm*1) die van nature voorkomt in Mexico in wouden en semi-beboste gebieden tot 1000 meter boven zeeniveau. De wildpopulatie is in enkele tientallen jaren flink uitgedund, en de soort is daarom opgenomen op CITES-lijst I. Hij lijkt enigszins op de Finch' amazone, echter heeft de Finch een donkerder rood (minder helderrood) voorhoofd, een donkerdere huid rondom de ogen dan de groenwangamazone en is ook het blauwe gebied rondom de groene wangvlek meer lila van kleur dan bij de groenwangamazone.  Een opvallende eigenschap, die ik zelf heel erg mooi vind is dat het één van de soorten met een hoornkleurige snavel en lichtgekleurde poten is (zoals ook de dubbele geelkop en de panama amazone). Volgens het boek Broeden voor behoud, uitgegeven door de Parkietensociëteit*2, zijn er circa 27 broedparen bekend in Nederland. 

Eigen ervaring

In 2016, toen ik net een jaar in Leende woonde zag ik op een Belgische site voor tweedehands spullen een koppel groenwangamazones aangeboden worden. De verkoper moest door een scheiding verhuizen en moest om deze reden de vogels verkopen. Het was een onverwant koppel waarvan de man redelijk tam was. De pop was van 2014, de man van 2012. Vanwege de tamheid van de man had ik mijn bedenkingen maar ik besloot het erop te wagen.

Vrijwel tegelijkertijd kocht ik ook een koppel geelvoorhoofdamazones bij een kweker in Nederland. Samen bezorgden de twee koppels voor nogal wat lawaai en dus werd er een jaar later een speciaal een verblijf gebouwd met geïsoleerde wanden waardoor het geluid alleen nog naar boven en niet meer richting de buren kon. In hun verblijf kregen ze de beschikking over een grote natuurhouten broedblok, en daarnaast ook een standaard multiplex broedblok. Verder uiteraard zitstokken van snoeihout. 

Ik was dus van het begin af aan enigszins bang dat de man te tam was om mee te kweken, immers een te tamme vogel zou wel eens te veel oog kunnen hebben voor zijn menselijke verzorgers ten koste van zijn gevederde partner. Ik zag in het najaar van 2017 ook de pop regelmatig in een houding zitten die toch wel erg uitnodigend zou moeten zijn voor de man. Het mannetje leek het, zoals ik al vreesde, niet te snappen. In februari 2018 zette ik de vogels wat op dieet, bestaande uit mijn eigen grote parkietenmengeling met een klein beetje papegaaienzaad. In maart begon ik juist steeds meer en gevarieerder te voeren, met elke dag ten minste twee soorten groente (witlof, erwten, komkommer, zoete puntpaprika, broccoli, etc), af en toe fruit, universeelvoer, eivoer, papegaaienzaad en grote parkietenzaad. 

Halverwege april 2018 kreeg de man eindelijk de smaak te pakken, ik betrapte de twee op heterdaad. Vanaf die ochtend dat ik dit voor het eerst zag, zag ik elke ochtend dat ik mijn ronde liep de man op de pop zitten. Op 5 mei vond ik het eerste ei in het blok. Op 7 mei het tweede. Ik liet de vogels even met rust en toen ik mezelf een paar dagen later, op 12 mei, niet meer  kon bedwingen, lag er een derde ei. 

Na twee weken schouwde ik de eieren en zag dat één van de eieren onbevrucht was. Maar goed, in elk geval twee bevruchte eieren! 

Op 31 mei keek ik toevallig in het nest. Ik hoorde heel zacht getik en... ja hoor! Ze waren aan het uitpikken. Op 2 juni lagen er twee kleine kuikens in het blok. 

Foto's, vlnr: aangepikt ei, 1 dag oud, 1 week oud. Audio: uitpikkende groenwangamazone

De vogels groeien gestaag, de kroppen zitten steeds goed vol. De oudervogels blijven nestcontrole goed tolereren, vanaf 18 juni nam ik de jongen om de dag uit het blok om ze even in de hand te houden. Hierdoor werden ze goed mak naar mensen toe. Tweede week van juli werd het erg heet en op 9 juli was ik bang dat de ouders de jongen niet genoeg voerden. Omdat de  kweekman tam is, kreeg ik het idee om deze alvast wat handopfokpap te voeren, zodat de jongen via hem alvast aan de smaak en samenstelling zouden kunnen wennen. Zodat mocht het nodig zijn om zelf te gaan voeren, de overgang niet te groot was. De man vond het erg lekker. Gelukkig bleven de ouders de jongen goed doorvoeren.  Op 29 juli vloog het eerste jong uit, 3 dagen later het tweede. Doordat ik de jongen regelmatig in de hand had genomen in het blok, waren ze zo tam dat ik ze, een maal uitgevlogen, op de hand kon laten stappen. De tamme kweekman kwam er gewoon bij zitten alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Een super ervaring!

l: 20 juni 2018, bijna drie weken oud; r: 29 juli 2018, het eerste jong is uitgevlogen

Sinds 2018 heb ik nog elk jaar jongen gehad van ditzelfde kweekkoppel. In 2019 hetzelfde als in 2018, dus 3 eieren waarvan 2 bevrucht. In 2020 leek dit doorbroken te worden en hadden ze voor het eerst een keer 4 eieren gelegd. Maar ook dat jaar twee bevrucht. 

Referenties

  1. Forshaw, J.M. (Ill.: William T. Cooper) (1978) Parrots of the World, Lansdowne Editions 3th [Rev] Ed.
  2. Roodhart, S., Groenhuysen, R. (2017) Broeden voor behoud, CITES I in vogelvlucht, Parkietensociëteit, p. 153