Elegantparkiet

  • Wetenschappelijk: Neophema elegans
  • Engels: Elegant Parrot

 

Na eigenlijk al lang met splendid-, turquoisine- en bourkeparkieten te hebben gekweekt kocht ik eind 2015 eigenlijk per toeval van twee verschillende kwekers een nestje 'eleganten'. Ik besloot daaruit één onverwant koppeltje door te houden om er zelf eens mee te kweken. In dit artikel leest u meer over deze vogels.

Elegantparkieten in het wild

De elegantparkiet komt voor in zuid en zuidwest Australië. Daar bewonen ze (lichtbeboste) graslanden, duingebieden en landbouwgronden. Vooral in zuidwest Australië zijn ze een regelmatige verschijning en lijken ze in aantal toe te nemen*1. Ze eten vooral graszaden, maar ook diverse andere zaden, bessen en vruchten worden opgenomen.

Geslachtsonderscheid

Op het eerste gezicht is er weinig verschil tussen man en pop. Wie weet waar hij op moet letten zijn de vogels echter wel uiterlijk te seksen. De kleuren van de man zijn over het algemeen iets sprekender te noemen. De blauwe voorhoofdsband stopt bij de pop bij het oog, bij de man loopt deze iets door. Bovendien heeft de man een oranje plek op de buik waar dit bij de pop gewoon geel is. Deze oranje plek wordt meestal groter en meer oranje naarmate de mannen ouder worden. De pop heeft soms (niet altijd) enigszins een vleugelstreep (aan de binnenkant van de pennen), de man niet.

Verzorging en huisvesting

De huisvesting en verzorging van eleganten komt overeen met de verzorging van andere neophema's. De vogels komen het best tot hun recht in een (kleine) vlucht aangezien het snelle en behendige vliegers zijn. Ze klimmen weinig maar scharrelen wel graag op de grond.

Zelf voeren wij ze als basisvoer een eigen mengeling, die we aan alle neophema's en valkparkieten voeren. Dit is een rijke mengeling met veel onkruid- en graszaden die zeer goed opgenomen wordt. Daarnaast natuurlijk zoals gebruikelijk grit en eivoer, af en toe groenvoer. De vogels badderen graag en een badschaal is dus zeker geen overbodige luxe.

 

Kweek

Het koppel dat ik had doorgehouden bleek heel goed te klikken en zo gauw het voorjaar werd, was het één van de eerste koppels die 'aan de gang' ging. Toen in het voorjaar de broeddrift toe begon te nemen, kon je de man zien baltsen. Dit houdt dat hij naar de pop toe paradeert of naar haar toe vliegt en vlak bij haar land, waarna hij zijn borst vooruit steekt en bewegingen met zijn vleugels maakt waardoor het blauw op de vleugels meer in het zicht komt. Hij geeft voer op voor de pop en voert de pop. Als zij overtuigd is van zijn bekwaamheid, zoekt de pop een geschikte nestgelegenheid uit. In dit geval was dat een zeskantig broedblok. De pop gaat zeer vast op het nest zitten en na enkele dagen tot soms meer als een week kunnen eieren worden verwacht, die ze ook zeer vast bebroedt. Over het algemeen worden er vier tot vijf eieren gelegd. Deze eerste ronde waren het er bij dit koppel vier die na 18 à 19 dagen ook allemaal uitkwamen. De jongen groeiden voorspoedig op en binnen 4 weken vlogen ze uit. Het gekke was dat ik de pop niet mee naar buiten zag komen, ze bleek dood op het lege nest te zitten. Het was slechts enkele dagen geleden dat ik voor het laatst een nestcontrole deed, dus lang kan ze er niet gezeten hebben. Of de dood van de pop het uitvliegen versneld had weet ik niet, aangezien de man wel steeds op de normale naar het blok vloog en bleef voeren. Hij heeft alle vier de jongen ook tot nog twee weken na het uitvliegen doorgevoerd. Ondanks het wegvallen van de pop, dus toch een viertal mooie jongen op stok! Hiervan heb ik er één doorgehouden waar ik voor het volgend kweekseizoen al een partner heb aangekocht.

Referenties

  1. Forshaw, J.M., ill.: Cooper, W.T., (1973), Parrots of the World, Lansdowne Editions 3th [Rev] Ed. p. 282